Zoekopdracht Menu

modeltrein layout verhuizen: tips uit de praktijk

maak je eigen ‘photo box’: showcase voor jouw treinen

bochten maken: r1 altijd vermijden lees waarom

Donker Licht

De meeste modeltrein banen zijn niet geschikt voor een verhuizing. Dat betekent vaak helemaal opnieuw beginnen. Ook gaat er vaak veel scenery verloren omdat deze nu eenmaal niet zonder beschadigingen kan worden uitgebouwd. En dat kan veel geld kosten. Zou het niet mooi zijn als de layout wel geschikt is om te verhuizen. Bij 123 N Scale worden we daar nu met geconfronteerd en de proef op de som genomen. We nemen je mee in maatregelen die je vaak ook nog achteraf kunt treffen.

Modules

Dit is de eerste en enige maatregel die je niet achteraf kunt toepassen. Maak een modelbaan in losse stukken. Voor schaal N is een ‘tafel’ van 150x80cm een mooie module. Dat formaat laat zich eenvoudig tillen en door een trappenhuis dragen. Ook past het in nagenoeg iedere auto. Je wil immers graag zelf je baan verhuizen. Zorg er ook voor dat de poten van je tafel er onder uit kunnen.

Bij de opbouw van je baan zorg je er voor dat je de modules eenvoudig kunt splitsen. Er staat eenvoudigweg niets exact op de scheiding. Natuurlijk kun je deze scheidslijn gewoon wegwerken in je scenery. Een scherp mes zal de modules dan van elkaar moeten scheiden.

Modulair landschap

Zoals bekend werkt ook 123 N Scale met het continue verbeteren van de bestaande baan. Daarom worden stukken scenery uit de modelbaan ‘gehaald’ en vervangen door nieuwe versies. Zorg voor de verhuizing dat deze elementen ‘autonoom’ zijn. Dat wil zeggen dat ze een eigen stroomvoorziening hebben en ook los te koppelen zijn. Bijvoorbeeld door het toepassen van stekkers en schroeven. Aan de randen wordt gewerkt met ‘bedekkende’ scenery zoals struiken of gras. Zo kunnen deze elementen voor de verhuizing uit de modelbaan worden gehaald.

Ballast losmaken

De rails liggen uiteraard in een spoorbedding. De ballast is gefixeerd met vloeibare lijm van Woodland. Het spoor kan er zonder problemen worden uitgehaald. Met een pipet worden druppeltjes water aangebracht op de ballast. Na een tijdje wordt deze zacht en kan met een kleine schroevendraaier worden weggekrast. Om vervolgens te worden weggezogen.

Iedere draadje een eigen aansluiting

Om een einde te maken aan de grote wir war aan kabels onder de modules, is er voor gekozen om iedere aansluiting een eigen kabel te geven. Deze komen samen op één centrale plek. Het is natuurlijk ook mogelijk om deze per module bij elkaar te houden. De unit met alle relais, bezetmelders enzovoorts kan eenvoudig onder de baan vandaan worden gehaald. De aansluitingen zijn gemaakt met kroonsteentjes met stekkers (zie foto) en kunnen zo eenvoudig worden los gekoppeld.

Ook de stroomvoorziening en de digitale (Z21) unit hangen onder de baan. En zijn makkelijk los te maken van de tafel. Zo kan dit relatief zware gewicht apart worden verhuisd.

Scenery vastplakken of niet?

Na een goede voorbereiding is het moment daar dat de layout wordt verhuisd. Vanaf dat moment zijn loszittende scenery elementen de grootste bedreiging voor je baan. Een autootje dat losschiet of nog erger een gebouw, kan in een val zelf behoorlijk beschadigd raken en fikse schade aanrichten. Het is dus zaak om scenery goed vast te maken. En dit te controleren voor de verhuizing.

Onze layout is uiteindelijk met beperkte transportschade gearriveerd op de plek van bestemming. Na twee dagen doorwerken reden de treinen weer en was er niets meer te zien van de verhuizing.

This article is also available in: English